Kloosterstraat 70, 2910 ESSEN +32 36901910 info@dbm-essen.be

Geschiedenis

 

 

DBM-Essen (Don Bosco-Mariaberginstituut) is ontstaan uit een fusie in 1985 van twee scholen: dagvakschool Don Bosco, ontstaan in 1959 uit de vaktekenschool St.-Jozef en uit Mariaberg, voordien Mariënberg.  De huidige vestigingsplaats in de Kloosterstraat is reeds sinds 1867 het thuis van onze school.  Tussen de middelbare school en de lagere school bevond zich het klooster van de Zusters van het Heilig Hart van Maria, de laatste zusters zijn enkele jaren geleden weggetrokken.

Meer informatie over de zusters van Berlaar vind je op hun site.

 

Geschiedenis van Mariënberg/Mariaberg

De start, Roosendaalse periode

Reeds in 1854 was burgermeester Van Beeck voorstander van een afzonderlijke school voor meisjes maar toen werd er nog tegengestemd. Pastoor Hermans nam het plan van de burgermeester over en trad in onderhandeling met de zusters Penitente Recollectinen (= Franciscanessen) te Roosendaal.
Er werden gronden aangekocht aan de Hondsberg en er werd een pensionaat (internaat) en een externaat (buitenschool) opgericht.

Op 1 juli 1867 werden de scholen geopend met 83 leerlingen. De buitenschool of lagere school telde op 13 juni 1892 reeds 400 leerlingen en 34 zusters stonden in voor onderwijs en opvoeding. Op de kostschool voor meisjes van 8 tot 16 à 17 jaar zaten toen reeds 44 leerlingen.

Het internaat was hermetisch afgesloten van de buitenschool. De internen liepen in uniform: een wit kraagje en grote zwarte strik op hooggesloten zwart kleed, lichtgele strohoed, zwarte lange kousen en zwarte bottines. Men kwam niet om een diploma, maar voor de bonne éducation, goede opvoeding. Het was een besloten gemeenschap want er was buiten de gebouwen voor school, klooster en internaat een kleine boerderij met stal en schuur, vier melkkoeien, varkens, kippen, weide, land en groententuin, een knecht en een rijman met paard en kar.
Internaat was toen nog echt die naam waardig, want men verbleef er elf maanden van de twaalf; slechts in de maand augustus was men thuis. Tot 1914 werd in Mariënberg de opvoeding van meisjes verzekerd.

WOI en de komst van Berlaar

Wanneer in augustus 1914 de Duitsers ons land binnenvielen, namen veel mensen de vlucht naar het noorden, zo ook veel zusters van de congregatie van Berlaar - Zusters van het H. Hart van Maria. Een eindpunt was een verlaten klooster Mariahoeve in Ossendrecht, maar het werd hier zo druk en er was beperkte ruimte, zodat men naar andere onderkomens zocht. De zusters Francuscanessen van Roosendaal wilden hulp bieden. Ze hadden een klooster met school in Essen, de lagere afdeling was reeds erkend en gesubsidieerd door de staat en werd bestuurd door Belgisch personeel maar de kostschool werd nog geleid door de zusters. De Roosendaalse zusters besloten terug te keren naar het moederhuis in Roosendaal.
Berlaar was meteen een ernstige kandidaat voor overname en aankoop. Begin 1915 waren er 15 nagenoeg allemaal Vlaamse zusters in het klooster. Enkel in het begin van WOI werd de school gesloten, maar hij werd snel weer heropend.

In 1921 start het voortgezet onderwijs, toen een Vak- en Huishoudschool en het vroegere internaat werd opgedoekt.
Het waren voornamelijk nog zusters die les gaven, maar rond 1950 deden ook leken af en toe hun intrede. Nu heeft de leek de onderwijstaak overgenomen.
 

 

De Tweede Wereldoorlog

Op 10 mei 1940 vroeg in de morgen werd Essen opgeschrikt door het geronk van talrijke vliegtuigen. Rond zes uur werd heftig aan de voordeur van Mariaberg gebeld. Het was een stationsbediende die kwam vertellen dat het oorlog was. De leerlingen van Antwerpen werden snel naar het station gebracht, de Nederlandse meisjes trokken in groep de grens over naar Nispen. Een dag later begon de beschieting. Zes maanden bleven de scholen gesloten. In oktober ging zo goed en kwaad als het ging de school weer open. Maar de zware tijd van de V-bommen moest nog komen. In 1944, 22 oktober werd Essen bevrijd. De tol in Essen was zwaar, ook in Mariaberg waren de vernielingen groot.

Veranderingen na de oorlog

Internaat en vakschool werden in 1948 aangepast, er waren toen 114 internen. In 1960 was de nieuwbouw voor het technische onderwijs klaar. In 1957 was men gestart met een Sociaal Technische afdeling, in 1958 werd de Vak en Huishoudschool afdeling Snit en Naar. In 1968 kwam de Sanitaire opleiding, later Voeding en Verzorging erbij.

In 1985 was er de fusie met Don Bosco.

 

Van de vaktekenschool tot Don Bosco

De start

In het jaar 1881 steken Frans Van den Kerkhof en Alfons Schuybroek de koppen bijeen om een vaktekenschool te stichten. Dit zal duren tot en met 1890 wanneer de school wordt opgedoekt.

In 1909 was er een grotere behoefte om te kunnen werken op plan. Daarom gaat pastoor-deken Ed. Michielsens, onder impuls van E.H. L. Schoeters, over tot de oprichting van een tekenschool met twee klassen. De school krijgt onderdak in de gebouwen van de oude lagere school. De start is moeizaam maar in 1914 erkent de staat de tekenschool, jammer genoeg komt er oorlog en dreigt de tekenschool te verdwijnen.

Uitbreidingen

De tekenschool overleeft en wordt een vakschool. In 1919 volgen 30 leerlingen de lessen. De lokalen van de Katholieke school deugen niet meer. Burgermeester Kenis zorgt voor de aankoop van de oude koffiebranderij Segers, in de toenmalige Heidestraat, nu Stationsstraat, nu de conciergewoning van het Gildenhuis. Je hebt er een schildersklas, werkplaats, schrijnwerkerij, twee tekenklassen en twee zolderkamers.

In 1928 komt er een smederij- en elektriciteitsafdeling en een afdeling bouwkunde. 152 leerlingen volgen de lessen. Ook een groot aantal Nederlands volgen les.
In 1944 hebben de lokalen enorme schade geleden door het oorlogsgeweld. Deken J. Verbist doet de lokalen weer mooier en schoner herrijzen.

In die tijd was Henri Van den Wildenbergh directeur, hij kiest resoluut voor individueel onderwijs, elke leerling volgt zijn eigen tempo en wordt door de leraar afzonderlijk begeleid. In 1934 wordt de school een lagere nijverheidsschool. In 1948 wordt de vakschool een middelbare avond- en nijverheidsschool met voorbereidende afdeling.

 

 

Dagvakschool "Don Bosco"

In het kader van de veralgemening van het secundair onderwijs werden in de jaren '50 in Essen de mogelijkheden om voortgezet onderwijs te volgen uitgebreid. Iedereen vond dat ook de bestaande avondvakschool niet meer volstond en dat de tijd was aangebroken voor technisch dagonderwijs voor jongens.

Deken Verbist, Burgermeester Dierckxsens en René Pleysier namen contact op met het Don Bosco Instituut van de Paters Salesianen te Hoboken, met de bedoeling hier een soort afdeling van die technische school op te richten. Ze ver wilde men in Hoboken niet gaan, maar ze zeiden wel hulp toe en men mocht ook de naam Don Bosco gebruiken.

Na nog wat moeilijkheden werd op 1 september 1959 gestart. De oude avondvakschool bestond nog steeds, maar geleidelijk aan verminderde haar aantrekkingskracht. In 1974 was het Technisch Instituut Don Bosco intussen officiëel door de staat erkend. De avondcursussen werden stilletjes aan afgebouwd.

 

 

De fusie, nieuwbouw en verder

In 1985 fuseerden beide school tot het Don Bosco-Mariaberginstituut. Mariaberg werd al snel opengesteld voor jongens.

In de jaren '90 wordt er begonnen aan nieuwe gebouwen voor de afdelingen van Don Bosco op de gronden van Mariaberg. Na de verhuizing heeft de school nog maar één vestigingsplaats.

In 2008 wordt er gestart met het specialisatiejaar Thuis- en Bejaardenzorg.

Vanaf 2013 stappen we af van de naam Don-Bosco-Mariaberginstituut en worden het nieuwe logo en de naam DBM-Essen gelanceerd.

 

 

 

Bronvermelding:

Backx, F., e.a., De Vaktekenschool St-Jozef Essen, De spycker, jaargang 41, 1984, Nrs 3-4, p.85-117

Suykerbuyk, L., 125 jaar Mariaberg, De spycker, jaargang 48, 1991, p. 3-27